NL Dutch dictionary: nut
nut has 84 translations in 14 languages
translations of nut
NL ES Spanish 8 translations
- bien (n) [voordeel] {m}
- uso (n) [bruikbaarheid] {m}
- sentido (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- provecho (n) [belangrijkheid, bruikbaarheid, logica, voordeel] {m}
- utilidad (n v) [usefulness, voordeel, logica, bruikbaarheid, belangrijkheid] {f}
- valor (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- ventaja (n v) [advantage, help or aid, belangrijkheid, logica, voordeel] {f}
- beneficio (n v) [advantage, help or aid, belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
NL FR French 10 translations
- usage [bruikbaarheid] {m}
- utilité [belangrijkheid, bruikbaarheid, logica, usefulness, voordeel] {f}
- aspect pratique [bruikbaarheid] {m}
- valeur [belangrijkheid, logica, voordeel] (literature)
- bien [voordeel] {m}
- bénéfice [voordeel, logica, belangrijkheid, advantage, help or aid] {m}
- profit [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- avantage (n v) [advantage, help or aid, belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- gain [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- bien-fondé [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
NL DE German 9 translations
- Nutzen (n) [belangrijkheid, logica, usefulness, voordeel] {m}
- Wert (n) [belangrijkheid] {m}
- Zweck (n) [logica] {m}
- Sinn (n) [logica] {m}
- Brauchbarkeit (n) [bruikbaarheid] {f}
- Nützlichkeit (n) [bruikbaarheid] {f}
- Vorteil (n v) [advantage, help or aid, voordeel] {m}
- Gewinn (n) [voordeel] {m}
- Gute (n) [voordeel] {n}
NL IT Italian 11 translations
- bene (n) [voordeel] {m}
- impiego (n) [use, purpose] {m}
- senso (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- guadagno (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- profitto (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- utilità (n) [bruikbaarheid, voordeel, logica, belangrijkheid] {f}
- vantaggio (n) [belangrijkheid, bruikbaarheid, logica, voordeel] {m}
- utilizzabilità (n) [bruikbaarheid] {f}
- l'essere utilizzabile (n) [bruikbaarheid] {m}
- valore (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- beneficio (n v) [advantage, help or aid]
NL PT Portuguese 11 translations
- bem (n) [voordeel] {m}
- emprego (n) [use, purpose] {m}
- uso (n) [bruikbaarheid, usefulness] {m}
- sentido (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- ganho (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- utilidade (n) [voordeel, usefulness, bruikbaarheid, belangrijkheid, logica] {f}
- praticabilidade (n) [bruikbaarheid] {f}
- lucro (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
- benefício (n) [belangrijkheid, voordeel, logica, advantage, help or aid] {m}
- vantagem (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {f}
- valor (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {m}
NL SV Swedish 3 translations
- användning (n) [use, purpose] (u)
- gagn (n) [voordeel] {n}
- värde (n) [belangrijkheid, logica, voordeel] {n}
NL BG Bulgarian 4 translations
NL RU Russian 8 translations
- толк (n v) [advantage, help or aid] (m)
- бла́го (n v) [advantage, help or aid] (n)
- преиму́щество (n v) [advantage, help or aid] (n v)
- вы́года (n v) [advantage, help or aid] (n v)
- по́льза (n v) [advantage, help or aid, usefulness] (n v)
- при́быль (n v) [advantage, help or aid] (n v)
- льго́та (n v) [advantage, help or aid] (n v)
- прок (n v) [advantage, help or aid, usefulness] (n v)